Zorg- en welzijnsprofessionals schatten hun werkdruk vaak hoger in dan hij daadwerkelijk is

Werkdruk is een vaak terugkerend onderwerp in de zorg- en welzijnssector. Maar waarom is dit zo? En waar komt het vandaan? Uit onderzoek van PGGM&CO en Stichting IZZ blijkt dat zorg- en welzijnsprofessionals hun werkdruk vooraf vaak hoger inschatten dan ze hem in de praktijk ervaren. En dit heeft weer invloed op hun werkplezier, die ze vooraf vaak lager inschatten.

Drie jaar lang (2021 - 2023) werd er elk kwartaal een meting uitgevoerd onder in totaal 8.800 zorg- en welzijnsprofessionals. Daardoor konden de trends in fitheid, balans, ervaren werkdruk en ervaren werkplezier worden geanalyseerd. In dit artikel delen we meer over de ontwikkeling van werkdruk en werkplezier in de zorg- en welzijnssector. 

Conclusie werkdruk in zorg en welzijn 

Of het nu gaat om de daadwerkelijk ervaren werkdruk of de verwachte werkdruk, het is een thema waar altijd aandacht voor moet zijn. Want werkdruk speelt een grote rol in de vitaliteit van zorg- en welzijnsmedewerkers en het leveren van de beste kwaliteit van zorg. Volgens Anouk ten Arve, begint de aanpak met een goed teamgesprek. "Ga met elkaar in gesprek en vraag waar mensen echt op leeglopen én juist energie van krijgen. Werkdruk draait om iemand zijn beleving, dat maakt dat je erover moet praten. Daarnaast is werkdruk een containerbegrip en moet je het opdelen in kleine stukjes om het te begrijpen en tot een oplossing te komen." 

Anouk: "Neem als voorbeeld iemand die in de GGZ werkt en wakker is geworden met enorme hoofdpijn, en ingedeeld staat op een 'zwaardere' groep. Daar kan iemand in de ochtend als een berg tegenop zien en hierdoor al veel werkdruk ervaren. Terwijl dit gevoel weggenomen kan worden door diegene voor één dag op een minder intensieve groep in te delen. De oplossing is vaak makkelijker dan je denkt, maar vraagt wel om een veilig organisatieklimaat en een sterk teamgevoel. Je moet op elkaar kunnen bouwen en durven te experimenteren met oplossingen. Om vervolgens te evalueren wat wel of niet werkt. Dit vraagt om een kritische blik door zowel leidinggevenden als werknemers. Blijf geen dingen doen omdat het altijd zo gedaan is, maar stel jezelf af en toe de vragen: 'waarom doen we dingen zo?' En 'Voor wie doe ik het?'. Pas als iedereen zich veilig genoeg voelt om zichzelf dit af en toe af te vragen, kan de werkdruk afnemen en het werkplezier toenemen." 

Wat verstaan we onder werkdruk? 

We spreken van werkdruk wanneer een werknemer niet kan voldoen aan de eisen die het werk stelt. Er is een balans nodig tussen de hoeveelheid werk en wat een werknemer aan kan. Verdwijnt deze balans? Dan wordt de werkdruk te hoog. Dat zorgt voor werkstress en minder motivatie. En dat kan weer leiden tot ziekteverzuim, langdurig uitval en soms zelf arbeidsongeschiktheid.  

Bij werkdruk maken we onderscheid tussen kwantitatieve werkdruk en kwalitatieve werkdruk. Kwantitatieve werkdruk is wanneer er te veel werk in korte tijd gedaan moet worden. Kwalitatieve werkdruk betekent dat het werk te moeilijk is. 

Daarnaast is er ook nog objectieve en subjectieve werkdruk. Objectieve werkdruk gaat over het aantal gewerkte uren en hoeveel werk er verricht moet worden. Subjectieve werkdruk gaat om de ervaren werkdruk van de werknemer.  

Algemene resultaten: 

  • Opvallend is dat de ervaren werkdruk daalde in alle branches, behalve in de kinderopvang. Daar steeg de werkdruk, maar ervaren medewerkers ook het meeste werkplezier. 
  • Mannen en vrouwen ervaren ongeveer evenveel werkdruk. In 2023 daalde de werkdruk bij zowel mannen als vrouwen; maar de daling was groter bij mannen. 
  • Werkenden met een mbo-opleiding ervaren een hogere werkdruk (6,2) dan lager opgeleiden (5,4) en hoger opgeleiden (5,6). 
  • Mantelzorgers ervaren duidelijk een hogere werkdruk (6,1) dan degenen die geen mantelzorg verlenen (5,5). 
  • Werkenden in zorg en welzijn met een bovenmodaal inkomen (6,9) ervaren meer werkplezier dan werkenden met een modaal (6,3) of beneden modaal inkomen (6.2) 

Verschil verwachte en ervaren werkdruk 

In de kwartaalmetingen over drie jaar zien we dat de verwachte werkdruk tot het tweede kwartaal van 2023 een stuk hoger ligt dan de daadwerkelijk ervaren werkdruk. In het derde kwartaal van 2022 bereiken de cijfers het dieptepunt, met als gevolg een negatieve impact op de fitheid en balans. Eén jaar later, in het derde kwartaal van 2023 zijn de verwachte en ervaren werkdruk voor het eerst gelijk en scoren ze beide een 5,7. Dit kwartaal was dan ook het hoogtepunt wat betreft de fitheid en balans van zorg- en welzijnsprofessionals. 

Uit recente cijfers blijkt dat na het derde kwartaal van 2023, de verwachte werkdruk weer gestegen is.  

Verband werkdruk en afgenomen werkplezier 

Bij zowel de werkdruk als het werkplezier zien we dat de verwachtingen vaak negatiever zijn dan de daadwerkelijke ervaringen. Om de verwachte werkdruk te laten dalen, is verwachtingsmanagement van belang. Duidelijke communicatie en afstemming heeft niet alleen invloed op de verwachte werkdruk, maar ook op het werkplezier.  

In onze kwartaalmetingen zien we namelijk dat niet alleen het verwachte werkplezier afneemt, maar ook het ervaren werkplezier. Dit is een gevolg van de werkdruk die sinds begin Covid als erg hoog wordt ervaren. Na Covid neemt het werkplezier weer iets toe, maar sinds begin 2023 neemt het werkplezier weer af. Dit komt door de zorg die heerst of er nu én in de toekomst wel voldoende collega’s zijn om het werk te doen. 

Als we kijken naar het verband tussen werkplezier en inkomen, zien we dat werkenden in zorg en welzijn met een bovenmodaal inkomen (6,9) meer werkplezier ervaren dan werkenden met een modaal (6,3) of beneden modaal inkomen (6,2). Daarbij is er geen groot verschil gevonden tussen primaire en ondersteunende functies of leeftijdsgroepen. 

Verschillen werkdruk branches en opleidingsniveau 

Opvallend als het gaat om werkdruk is dat werkenden met een mbo-opleiding een veel hogere werkdruk (6,2) ervaren dan lager opgeleiden (5,4) en hoger opgeleiden (5,6). Ook mantelzorgers ervaren duidelijk een hogere werkdruk (6,1) dan zorg- en welzijnsprofessionals die geen mantelzorg verlenen (5,5). Volgens Anouk ten Arve, expert arbeid en gezondheid, is het niet gek dat we een verschil zien in de ervaren werkdruk bij midden-opgeleiden en mantelzorgers. Anouk: "In de praktijk zien we vaak dat de werkenden met een mbo-opleiding de gaten kunnen dichtlopen voor de lager ingeschaalde functies en de hoger ingeschaalde functies. Voor mantelzorgers geldt dat het zorgen voor iemand thuis gewoon verdergaat." 

Als we kijken naar de verschillende branches, zien we dat de ervaren werkdruk in 2023 ten opzichte van 2022 gedaald is in alle sectoren, behalve in de kinderopvang. Daar daalt de werkdruk met slechts 0,1. Maar ondanks de hoge werkdruk wordt daar wel het meeste werkplezier ervaren. In het ziekenhuis is de ervaren werkdruk het hardst gedaald, met een verschil van 0,6. 

Wat vinden werknemers de belangrijkste elementen om mentaal fit te blijven? 

Deze vraag stelden we aan 2759 ondervraagden. Iedereen kon drie antwoorden invullen. Een juiste balans tussen werk en privé is belangrijker geworden. 59% van de ondervraagden noemt dit als belangrijkste element. Een gezonde balans tussen werk en privé is gelijk ook één van de grootste uitdagingen om fysiek en mentaal fit te blijven.  

Daarnaast vindt 48% van de ondervraagden het belangrijk om nee te kunnen zeggen en je grenzen aan te kunnen geven. Dit vraagt om een veilige werkomgeving waarin zorg- en welzijnsprofessionals de ruimte voelen om dit te kunnen doen. Met 46% vindt een groot gedeelte het ook belangrijk om rust in hun hoofd te ervaren.